Bij de NVAD worden twee stijlen gedanst; de standaard dansen en de latin dansen. Elke stijl omvat 5 dansen. De standaard dansen, ook wel Ballroom dansen genoemd, bestaan uit de Engelse Wals, de Tango, de Weense Wals, de Slow Foxtrot en de Quickstep.
De Latin dansen bestaan uit de Samba, de Cha-cha, de Rumba, de Paso Doble en de Jive. Deze worden op de pagina Latin uitgelegd.
Engelse Wals
De golvende beweging van de Engelse Wals zijn om op weg te zweven. Dit is ook meestal de eerste dans die bij wedstrijden wordt gedanst. Voor alle Ballroom dansen geldt dat het progressieve dansen zijn. De paren maken volledig gebruik van de dansvloer. In deze dans ligt het accent op de eerste tel van de maat. Op wedstrijden duurt de Engelse Wals ca. 1,5 - 2 minuten en is de officiële snelheid van deze dans vastgesteld op 30 bpm. De Engelse Wals is een dans met zachte ronde bewegingen. Welke door het op het juiste moment van rijzen en dalen ontstaan.
Hoe leg je uit welke uitstraling hoort bij de Engelse Wals? Tja, Fred & Ginger zou een uitleg kunnen zijn. Hun romantische - weliswaar oudere - films geven goed weer welke uitstraling er bij de Engelse Wals hoort. Een melancholiek romantische sfeer met veel maneschijn en rozengeur. Dus laat je tijdens deze dans maar weg zweven op de muziek en probeer jezelf voor te stellen in de meest romantische omgeving die je je maar kan voorstellen.
Tango
Deze dans vindt zijn oorsprong in Zuid-Amerika en wel in hoofdzaak in Argentinië. Daar werd hij voor het eerst gedanst werd in ‘Barrio de las Ranas’, de ordinairste wijk van Beunos Aires. Het pad van de Tango is niet over rozen gegaan. Er waren vele tegenstanders, o.a. de Franse bisschoppen en vele artsen. Een adellijk dansduo maakte in 1914 zijn opwachting bij de paus om in het Vaticaan de dans ten uitvoer te brengen. De kerkvorst besliste nog diezelfde dag dat het niets voor katholieken was en deed de Tango in de ban. Een betere aanbeveling om een dans populair te maken is nauwelijks denkbaar. Ondanks of dankzij al deze perikelen werd het aantal Tangoaanhangers steeds groter. De voorstanders wonnen en sinds 1924 werd in geheel Europa de Tango gedanst.
De Tango hoort wat achtergrond betreft bij de Latijns Amerikaanse dansen. Toch is hij, uit historisch oogpunt ondergebracht bij de standaard Ballroomdansen, ook omdat de danshouding enigszins vergelijkbaar is. Al is de manier van bewegen veel minder vloeiend dan die van de andere dansen in die groep. De duidelijke verschillen tussen de slows en de quicks, de onverwachte lijn en het niet rijzen en dalen maken de Tango tot een staccato dans. Deze elementen zeer karakteriserend voor de Tango.
Een citaat uit het boek van Alex Moore over de maatvoering. Time signature: 2/4 maat with both beats accented. “Slow” count = 1 beat. “Quick”count = ½ beat. Counting in beats and bars 1&2& 2&2& 3&2& 4&2& etc.
Op wedstrijden duurt de Tango ca. 1,5 - 2 minuten en is de officiële snelheid van deze dans vastgesteld op 33 bpm Ook de danshouding verschilt lichtelijk van de andere ballroomdansen. Bij de Tango staat de dame nog iets meer rechts van de heer en de knieën blijven licht gebogen. Dit zorgt ervoor dat het rijzen en dalen voorkomen kan worden. In de Tango is het dan ook niet mogelijk om met gesloten voeten te staan.
Weense Wals
De Weense Wals beschikt niet over veel figuren en is een zeer oude dans, maar hij wordt nog steeds gedanst tijdens wedstrijden. In deze dans ligt het accent op de eerste tel van de maat. Op wedstrijden duurt de Weense Wals ca. 1 - 1,5 minuut en is de officiële snelheid van deze dans vastgesteld op 60 bpm. Bij deze dans denkt men vaak aan vergane glorietijden aan het Engelse en Oostenrijkse hof met echte balzalen. En natuurlijk niet te vergeten de Sissi jurken.
De Weense Wals is een zeer inspannende dans waarbij er enkel links en rechtsom gedraaid wordt met als onderbreking de fleckerls (snelle draai op de plaats) met een check. Om duizeligheid te voorkomen kun je een vast punt in de zaal nemen waar je je ogen op richt. Ook bij deze dans is het strekken van je kanten (je zij en ook hier weer zonder je armen op te tillen) erg belangrijk. Daarnaast is het zaak je passen goed op elkaar af te stemmen zodat je tijdens het dansen niet je partner uit balans haalt.
Slow Foxtrot
Over de Slow Foxtrot wordt ook wel gezegd dat als je deze dans goed kunt dansen, je de overige ballroom dansen ook kunt dansen. In deze dans ligt het accent op de eerste en derde tel van iedere maat. Op wedstrijden duurt de Slow Foxtrot ca. 1,5 - 2 minuten en is de officiële snelheid van deze dans vastgesteld op 30 bpm. De Slow Foxtrot is een elegante en gracieuze dans, waarbij body swing heel belangrijk is.
De Slow Foxtrot is voor de meeste dansers niet hun favoriete dans. Voor de Slow Foxtrot is een goede techniek een vereiste. Dit komt omdat deze dans veel controle vraagt over je bewegingen op de langzame maat van de muziek. Het rijzen en dalen staat ook bij deze dans centraal en draagt in hoge mate bij aan de elegantie van deze dans. De Slow Foxtrot moet je voelen en met de juiste techniek ten uitvoer brengen. Bij de Slow Foxtrot dans je van de ene kant naar de andere kant van je lichaam (je strekt de zijkant van je lichaam helemaal op, niet alleen je arm op tillen). Hierdoor krijg je de glooiende beweging van deze dans. Wat vooral belangrijk is bij de Slow Foxtrot is dat je als paar één bent.
Quickstep
De vrolijkste dans van de ballroomdansen. In deze dans ligt het accent op de eerste en derde tel van de maat. Op wedstrijden duurt de Quick Step ca. 1,5 - 2 minuten en is de officiële snelheid van deze dans vastgesteld op 50 bpm. Snelheid, bewegen en draaien staan centraal in de Quick Step.
De Quick Step is de enige ballroom dans waarbij beide voeten tegelijkertijd soms los komen van de vloer. Letterlijk dus voetjes van de vloer. Heerlijk ontspannen samen over de vloer schieten. Blij en vrolijk, dat is de Quick Step. Natuurlijk vraagt het veel oefening om samen precies gelijk los te komen van de dansvloer, maar het is niet de bedoeling dat het publiek dit merkt. Het publiek moet denken: "kijk eens hoe heerlijk dat paar over de vloer zweeft, alsof het natuurlijk is". Probeer wel een duidelijk verschil te dansen in je slows en quicks. Hierdoor krijgt men het idee dat je je nog beter over de vloer beweegt.